De breuk
Over ‘het Verhaal’

In zijn autobiografische roman De breuk krijgt Maarten Houtman van de oorspronkelijke bewoners regelmatig te horen dat hij ‘behoort tot het Verhaal’ – wat inzicht geeft in zijn plaats in de wereld van het toenmalige Nederlands-Indië.
In de voetnoot staat een toelichting die hij daar eens op gaf. [1]

In de tijd dat hij aan het boek schreef, hield Maarten tijdens de Tao-zen sessie van april 1993 in Huissen een toespraak, waarin hij het thema ontdeed van zijn geografisch-mythische bepaaldheid. Daarmee hoopte hij ons een dieper inzicht te geven in ons eigen verhaal, “dat een van de vele, vele verhalen is die er zijn – dat oneindige Verhaal dat altijd doorgaat en dat door iedereen die het vertelt vergroot en vernieuwd wordt, omdat je je eigen verhaal aan dat hele grote Verhaal toevoegt.”
Hieronder het begin van toespraak:

Zoals jij het vertelt gaat het de eeuwigheid in
Vijfdaagse april 1993, woensdag 21 april

Ik heb ook deze sessie van velen van jullie een verhaal gehoord. En dat is in de veertig jaren dat ik nu bezig ben natuurlijk altijd zo geweest.
Soms komt de vraag in me op wat het signaal is dat uit al die verhalen opklinkt. Variaties zijn er net zoveel als er mensen zijn die verhalen vertellen. En je bént natuurlijk zelf ook een verhaal.
Ik geloof dat het typisch menselijke er niet in ligt dat je het verhaal vertelt, maar dat je je bewust bent dat je het verhaal vertelt, dat je je bewust bent dat je een verhaal bent.
De meeste mensen vertellen alleen maar een verhaal, en laten het dan aan mij over om te beseffen wat dat verhaal betekent. En misschien is die tussenfase nodig, dat je alleen maar een verhaal vertelt en je niet bewust bent dát je een verhaal vertelt, en nog minder dat het er eigenlijk om gaat hoe je dat verhaal vertelt. Want in dat ‘hoe’ zit het signaal.

Ik herinner me dat de oude vertelster, de vrouw van een dalang – een Indische wajangspeler – die de hele Mahabarata, het grote heldenepos, uit het hoofd kende en mij die verhalen vier jaar lang vertelde – op een keer tegen me zei: “Je hebt nu heel lang geluisterd, de tijd gaat komen dat je het verhaal moet vertellen.”
Daar bedoelde ze het grote Verhaal mee waarbinnen mijn eigen verhaal er een is van de vele, vele verhalen die er zijn – dat oneindige Verhaal dat altijd doorgaat en dat door iedereen die het vertelt vergroot en vernieuwd wordt, omdat je je eigen verhaal aan dat hele grote Verhaal toevoegt.

Lees en beluister hier de gehele toespraak.


[1] Het Verhaal is ontleend aan het Hindoese heldenepos Mahabharata en aan gedeelten van de Ramayana, die met een nog ouder animisme en een daarbij behorende geestenverering samensmolten tot een mythisch verhaal. Dit verhaal leeft nog gedeeltelijk bij het gewone volk, maar is in hogere kringen en bij de nog overgebleven leden van het hof (de hoven van Djogja en Solo) bekend. Dit verhaal geeft een bont, soms bloedig verslag van de lotgevallen van goden, godinnen, demonen, krijgers en wijzen, die met elkaar het menselijk leven verbeelden op verschillende niveaus van beleving.
Men kan daaruit leren hoe men het lot, dat buiten de invloedssfeer van de mens valt, tegemoet moet treden. Door op de juiste wijze met zijn lot om te gaan verwerkelijkt de mens het grote bestel waarvan hij deel is en maakt hij het zichtbaar voor de medemens. Ook de instincten van zelfhandhaving en voortplanting worden verbeeld, waardoor men de ondergeschiktheid van deze instincten in het grote geheel leert kennen
In het Verhaal is de vrouw verantwoordelijk voor de dagelijkse zorg, het levensritme en het liefdesleven.
Maarten Houtman

Lees ‘De breuk’ online via de navigatie hierboven.
< terug naar Online bladerboeken