Wees wie je bent, met open ogen

Eefde juli 1988 | Zaterdagmiddag

Inleiding
[download]

Jullie zullen vanochtend wel gemerkt hebben dat de vragen die voortkwamen uit gisteravond, allemaal loshangende stukjes waren die in het mandje werden gegooid bij mij. Dan kost het toch een heleboel moeite om duidelijk te maken aan de anderen die niet de vraag gesteld hebben, dat het er ook nog enigszins bijhoort.
Dus probeer in het algemeen om ook bij jezelf af te tasten – jullie zijn nu volwassen genoeg – of het in het algemene proces hoort of niet. En als het niet in het algemene  proces hoort, dan bewaar je dat om eens een keer met mij vis à vis te spreken. Dat helpt ons allemaal, en dat helpt het hele proces. Het gaat om het proces. 

En nu hadden we het over de cursussen. Daar zouden we weer mee starten.
Wat beogen cursussen in het algemeen? Om jou beter in staat te stellen om met jezelf om te gaan en jezelf in stand te houden. Want wij bewegen eigenlijk voortdurend en we leven voortdurend uit dat ene principe van dat we beter moeten worden. Maar wat ik steeds probeer duidelijk te maken, is dat  het gaat  om iets heel anders. En dat is dat de grote aantasting, het grote lijden, gelenigd moet worden. Althans, op een bepaalde dag voel je je verantwoordelijk voor dat grote lijden. En dan kom je niet meer uit met te zorgen dat je zelf beter kunt omgaan met bijvoorbeeld de energie in jezelf.
Ik kan het misschien een beetje duidelijk maken:

Er was een man in een klein dorpje in Indonesië  en die had af en toe afschuwelijke woedeaanvallen. En die man die werd eraf geholpen door. wat wij zouden noemen: een occultist. Maar het akelige was dat zijn vrouw het toen kreeg.
En een aantal dorpen daar vandaan was een heilige, die hiernaar gevraagd werd. En hij zei: ‘Ja, dat is een verplaatsing van de moeilijkheid, maar het is niet het wezenlijk aanvatten waar het om gaat.’ En op de vraag van, ja wat dan, zei die heilige: ‘Het enige wat wezenlijk is, is dat iemand de liefde opbrengt om mee te leven, om helemaal met degene mee te gaan, zodat dat beëindigd kan  worden.’

Er werd hier gesproken over slechte geesten, slechte invloeden, die ergens hangen. Die los je niet op door jezelf af te schermen.
Het gaat er alleen maar om: waar is het je om te doen? Is het je te doen om zelf geen schade te leiden, of is het je te doen om dat te helpen terug te gaan naar de oorsprong. Want alles wat niet in overeenstemming is met dat wat vanuit de oorsprong komt en gaat, moet thuisgebracht worden. Dat is de opheffing van het lijden.
Dat bedoelde ik. Dus er is niks op tegen om cursussen te volgen, doe het maar rustig. Maar begrijp wel dat je aan iets anders bezig bent. 

Kijk, meditatie kun je ook op die manier gebruiken. Als je echt goed mediteert, zul je merken dat het zegenrijk uitwerkt . Maar dat is niet waarom meditatie er is. Meditatie is het teruggaan naar de oorsprong. Dat betekent het sterven in  het leven. En het is best mogelijk dat daarbij allerlei wonderlijke zaken om de hoek komen kijken, maar daar gáát het niet om.
De vermogens die je ten deel vallen als je in dat hele grote proces zit, zijn nevenverschijnselen, gezien vanuit het oogpunt van het thuisbrengen naar de oorsprong. En dat moeten we dus goed zien en ze niet verwisselen. Want anders weten we niet waar we eigenlijk aan werken. Dan hebben we nog niet ver genoeg in onszelf gekeken met welke motivatie we iets aangaan.
We moeten ontdekken voor onszelf vanwaaruit wij iets aangaan. Je kunt goede werken doen, omdat je het eigenlijk niet aankunt dat er zoveel afschuwelijke dingen in de wereld zijn. Dat is zo’n half geval. Maar je moet zien waar het om gaat, uiteindelijk. En jij bent daarin van belang, inzoverre als je ziet waar het om gaat. En nu spreek ik dus uitsluitend vanuit het diepe principe van het beëindigen van het lijden. 

Het is een lange weg daarnaartoe. En, zoals ik tegen Kees zei: als je die telefoon wil grijpen, doe dat dan alsjeblieft – zo zeg ik ook: iedereen die een gevoel heeft, nou ja, dat moet ik nou doen, doe het alsjeblieft. Want voordat die drang beëindigd is, kun je niet helder zien, kun je niet helder voelen.
Maar daarom is het toch wel goed om aan te geven wat het verschil in motivatie is. En het is natuurlijk zo dat wij bijna altijd bewogen worden vanuit die zelfhandhaving, in hele verre zin bekeken, met al zijn afgeleiden. En dat ook niet erg te vinden, je bent wie je bent. En je kunt alleen maar verderkomen door volledig te zijn die je bent en te zien waar dat toe leidt. Alleen, wees met open ogen. Zodat je niet eigenlijk al tevreden bent, terwijl er nog niks gebeurd is.

Een beetje een wonderlijk advies wat ik jullie geef.  Maar het is de snelste weg: wees wie je bent, maar wees het met open ogen. Want als je – dat is ook een kant eraan – te vroeg meent dat je eigenlijk aan dat grote principe wilt werken, dan houd je jezelf voor de gek. En dat kan een leven lang duren. Doe dat niet. Wees jezelf, volg je belangstelling. Maar wees zo alert, dat je ontdekt waar die belangstelling vandaan komt. Dan kan er iets gebeuren.

naar boven

Gesprek (fragment)

– A.: Maarten, wat bedoel je met die belangstelling?
– Maarten: Nou, wat heeft jouw echte belangstelling. En die belangstelling volgen. En opmerken wat er allemaal in je plaatsheeft in dat volgen van je belangstelling. Want die belangstelling is meestal nog blind. Ik bedoel daarmee: je hebt die belangstelling en het is ook wel duidelijk in welke richting je wilt, maar je hebt nog niet ontdekt wat achter die belangstelling zit. En dat kun je alleen maar ontdekken, A., door het te doen. Je kunt niet vanmiddag ontdekken wat daarachter zit. Dat kun je alleen ontdekken in het doen. En ook alleen maar als je in dat doen heel helder en heel wakker bent. Want anders word je door die blinde belangstelling – het woordje ‘blind’ moet je dus tussen haakjes zetten –  gewoon meegenomen. Dat kan jaren duren, daar kan je oud mee worden.

– B.: Maarten, gisteravond had u het over een gezegde, daar hebt u mee afgesloten. Ik weet het niet goed meer, maar…

– Maarten: Ja. Ik kan het ook wel voor je herhalen – moet je maar even kijken of het zo in jou zit – ik heb toen gezegd: als je echt inziet hoe het is en je doet dan niet, dan vernietig je leven. Is het zo ook bij jou overgekomen?

– B.: Ja. En toen kwam later bij mij de vraag op: heeft willen daar ook nog invloed op. 

– Maarten: Nee, bij inzien en doen komt de wil niet te pas, dat is één verbinding. Het kan natuurlijk wel zo zijn, misschien dat je daar even mee zat, dat de situatie zo is dat je niet kunt doen. Maar dan kun je, net als bij dat in één been gaan staan wat we ook van Epi geleerd hebben, dat je eerst – ja, we zeggen dan, bij gebrek aan woorden: ‘in gedachten’ al in dat been gaat staan – maar je gaat er nog niet in staan, later doe je het echt. Dus je bereid je voor als het ware.  Zo kun je, als je iets helemaal gezien hebt en het geeft aanleiding tot onmiddellijk actie en dat kan niet vanwege de situatie – dat kan gebeuren – dan kun je het toch al doen. Maar er is geen twijfel meer geweest, er is niet de vraag bij je geweest ‘zal ik het wel doen, zal ik het niet doen of zal ik het uitstellen’. Het is zo  onmiddellijk dat je doet. 

– C.: Wat  maakt dan dat je niet doet. Het lijkt mij haast onmogelijk, als je het echt inziet, dan doe je het.

– Maarten: Ja precies, en daarom zei Krishnamurti ook: als je dan niet doet vernietig je leven. In jezelf. Daar wilde hij eigenlijk mee zeggen dat je het dan nog niet helemaal gezien hebt. Het is natuurlijk een heel zwaar woord hoor, dit. Want dan komt het hele arsenaal van uitvluchten natuurlijk over de vloer. 

– D.: Maar er kwam ook iets van schuld bij vond ik, bij wat jij dan zei.

– Maarten: …wat ik gister zei. Dat is heel grappig, maar dat komt waarschijnlijk omdat we christenen zijn. Maar nee, er zit geen schuld bij. Je kunt het gewoon constateren, zo is dat. Schuld breng je er altijd zelf in. 

– E.: Dus je ziet iets in en daar kan je nog niet helemaal bij. Maar het is wel iets in jezelf en je blijft er toch mee aan de gang op een of andere manier, ook al vergeet je het. 

– Maarten: Ja, dat hoop ik, dat dat met jullie allemaal gebeurt. 

– D.: Maar het klonk heel serieus, gisteravond. Maar het  is dus niet zo erg eigenlijk.

– Maarten: Is het niet serieus als er geen schuld bij is? Dat is een leuke van jou… 

– D.: Maar het klonk gisteravond heel ernstig.

– Maarten: Maar blijkbaar is voor jou ernst met schuld verbonden, want je zegt ‘heel ernstig’.

– D.: Nou, het klonk heel radicaal, je zei: ‘Dan vernietig je het leven.’

– Maarten: Dat gebeurt natuurlijk aan de lopende band. En we hebben geen van allen schuldgevoelens over. 

– A.: Dat begrijp ik niet. Ik heb er wél schuldgevoelens over. 

– Maarten: Als je die schuldgevoelens in de zin van betrokkenheid voelt, ja. Daarvan moet het komen. Dat was dat verhaal wat ik vertelde van die man die zo ontzettend aan het huilen was bij die rebbe. Zo begint het. 

– D.: Toch blijf ik het een moeilijke uitspraak vinden van Krishnamurti.

– Maarten: Ja, gelukkig maar! Dan heb je iets om op te knauwen. 

– F.: Ik probeer dat ‘leven vernietigen’ scherp in te zien. Een heel eenvoudig voorbeeld: je doet wat asfalt over wat plantjes heen, en ja, je hebt leven vernietigd, dat voelt niet zo  goed. Maar je denkt: ‘ach, als dat asfalt weg is, dan groeien de plantjes wel weer opnieuw, dan komt dan wel goed.
Dus eigenlijk is het helemaal niet  zo erg als er leven vernietigd wordt, want het komt. Dus de hele uitspraak van Krishnamurti zie ik in de grond van de zaak allemaal niet zo ernstig in. Het voelt niet zo best, maar ik zie het niet echt slecht…

– Maarten: Leuk hoor, dat je het rationaliseert.

– F.: Ja, dat is wel zo. Maar op dat vlak zijn we toch wel een beetje bezig. 

– Maarten: Ja precies, en daar probeer ik het nou uit te krijgen. Het lukt niet zo goed…

– F.: Maar misschien dat je  het toch op een bepaalde manier duidelijk kunt maken.

– Maarten: Nu, dat soort leven wat jij bedoelt dat vernietigd wordt, dat is eigenlijk de uitdrukking van het leven wat vernietigd wordt. Maar hier werd bedoeld in de basis vernietigen. Een plantje is een uitdrukking van het leven, wat zich voortdurend voortzet als het ware. Nou dek je het hier af, het komt elders weer op. Maar dit is heel primair, het is in jezelf. Dat wat zich aan je voordoet en wat zich wil manifesteren, dat je dat voorkomt, vóórdat het nog tot manifestatie gekomen is. Daar zit het verschil.

– F.: Maar feitelijk, wat wij hier aan het zoeken zijn is eigenlijk het leven.

– Maarten: Dat is dus om op een barmhartige wijze, op een milde wijze, op een liefdevolle wijze, de oorsprong in onszelf te vinden en te herstellen. Als jij je oorsprong vindt, herstel je hem. Maar niet met dat oogmerk, maar doordat je leeft zoals je leeft. Dus jouw leven is een terugvinden vanwaaruit alles begint en eindigt en doorgaat. Het is bijna onbespreekbaar, maar ik probeer alleen maar aanzetjes te geven, dat je voelt: ja, het ligt in die richting…


naar boven