Tao-zen, de weg van niet-dwang
11. De koan van de nieuwe fysica

<< Inhoudsopgave

Nu de inzichten van de nieuwe fysica aan steeds meer mensen bekend worden[1], doet zich de vraag voor of de daar voorzichtig en zorgvuldig geformuleerde hypothesen verband hebben met de praktische beoefening van meditatie.
Hierbij gaat het er niet om bepaalde herkenningspunten met het boeddhisme uit te breiden tot de bewering als zou de oude oosterse wijsheid de laatste bevindingen toen al in haar wereldbeeld hebben opgenomen. Die bewering ontneemt aan de nieuwe inzichten de nieuwheid en verder reikende strekking. Voor jezelf is het: het nieuwe inpakken in het vanouds bekende, het ontkennen van de uitdaging en daarmee het wegzakken in de halfslaap.

Als we nuchter en aandachtig ingaan op de essentie van de nieuwe inzichten en we vereenvoudigen ze tot direct te vatten voorstellingen, dan wordt ongeveer het volgende gezegd:
Alles heeft met alles te maken, en
alles beïnvloedt alles, en
alles is in voortdurende beweging, in elkaar onderling beïnvloedende verschuivingen, zodat geen twee momenten ooit gelijk zijn.

Deze uitgangspunten zijn vooreerst voldoende als koan bij de meditatie. Als koan is het bovenstaande, wanneer je het in je laat doordringen, van ongekende omvang – immers alle begripsmatig binnendringen in hetgeen gezegd werd is, bij werkelijke oplettendheid, onmogelijk.

Het gaat meer om een geduldig met je omdragen en tot je door laten dringen van wat het inhoudt, daarbij ontdekkend, dat van dag tot dag dat inleven een steeds andere vorm aanneemt, waarbij je merkt dat de vanzelfsprekende, natuurlijke aandacht groeit. Je leven van alledag krijgt een andere betekenis door deze aandachtseenheid, die op elk moment, dat je niet iets gerichts doet, de aandacht tot zich trekt.

Alles heeft met alles te maken.
Je kunt wel alleen zijn, maar je blijft in betrekking staan tot je eigen innerlijk en al het omringende, dat zich uitbreidt naarmate je stiller wordt – dit geeft een totaal andere beleving van alleen zijn. Het je alleen voelen verdwijnt om plaats te maken voor het je in betrekking weten tot alles en iedereen, niet onbeweeglijk, maar onverwacht veranderlijk én verdiepend.

Alles beïnvloedt alles.
Jij wordt beïnvloed door het omringende en door wat in jezelf opkomt en verdwijnt én jij beïnvloedt datgene rondom je waarmee je in betrekking staat. Hoe je bent, een immer veranderende werkelijkheid, is dus van het hoogste belang, omdat het zowel je wijze van ervaren en beleven bepaalt als wat er van je uitgaat.
Iedere ondoordachte gretigheid, onoplettendheid, terugtrekking uit angst, verandert zowel je eigen ervaring als de samenstelling van het omringende waarin je bent opgenomen.

Deze verandering van jezelf in het totale scheppingsgebeuren, en de wederkerigheid ervan, zal niet door iedereen met de nodige intensiteit worden ervaren – maar dat doet aan de geldigheid van het proces niet af, hoewel de doorwerking ervan afhankelijk is van de intensiteit van aandacht en beleving.

Alles is in voortdurende beweging, in elkaar onderling beïnvloedende verschuivingen, zodat geen twee momenten ooit gelijk zijn.

Zoals je zelf voorbijgaat, vanaf je geboorte naar je sterven toe, gaat alles voorbij vanaf zijn ontstaan naar zijn vergaan, maar intussen beïnvloedt alles elkaar in deze nimmer eindigende beweging, die maakt dat geen twee momenten hetzelfde kunnen zijn.

Dit beklemtoont het belang van het volledig zijn van moment tot moment, waarbij je je niet moet laten afleiden door de gewoonte-gedachten, die nog een tijd lang in je blijven doordraaien.
Dat betekent niet dat je alleen maar gericht bezig zou zijn met verwaarlozing van wat intussen óók gebeurt, maar dat je tijdens het waarnemen en beleven van wat er gebeurt tevens volledige aandacht hebt voor datgene waarmee je gericht bezig bent.
Zo op het eerste gezicht lijkt dat een onmogelijke opgaaf, omdat we gewend zijn aan het opvoeren van uitsluitend gerichte aandacht: hier gaat het echter om een zó ontspannen en stil aanwezig zijn, dat de oorspronkelijke, alles omvattende aandacht weer hersteld wordt; de gerichte aandacht is daarvan een onderdeel. Als je dit in zijn volle draagwijdte tot je door laat dringen, zie je direct dat veel van wat zich als meditatie aandient, niet voldoet aan het hier aangeduide.

Het is duidelijk dat de drie zorgvuldig geformuleerde hypothesen uit de nieuwe fysica direct bruikbaar zijn als oefenstof voor het mediteren. Ze verlenen aan de meditatie zelfs een nieuwheid, die deze tot nu toe niet kon hebben, omdat we gehinderd werden door formuleringen die vanuit een oud cultureel en religieus patroon tot ons kwamen.
De koan uit de nieuwe fysica schenkt je de gelegenheid je meditatie opnieuw te starten, waardoor je direct geconfronteerd wordt met de eigenlijke belemmeringen in jezelf, die je afhouden van stil en onbevooroordeeld in de dag aanwezig te zijn.
Op vanzelfsprekende wijze wordt duidelijk dat het gaat om het onmiddellijk en direct aanwezig zijn in het moment zelf, waardoor je snel en accuraat in kunt gaan op wat gebeurt. In die niet-gewilde concentratie ontvalt je de noodzaak dat je op het gebeurende zou moeten antwoorden.
In die omvattende aandacht ontstaat het antwoord, als er een antwoord nodig is, vanzelf.
Vaak behoeven we echter niet te antwoorden of te reageren!

Als je nu terugdenkt aan de meester-leerling procedure bij de klassieke koan, zie je hoeveel wordt ‘kortgesloten’ in de nieuwe aanpak. Het doet geen beroep op je inlevingsvermogen in een van buiten opgelegde koan, maar doet heel direct alle complicaties en vervlechtingen voor je oplichten, met als gevolg dat je zonder inspanning stil en zonder gedachten wordt.
Je blijft, en ook dat is onopzettelijk, steeds aan het begin met de verwondering die in ‘het begin’ besloten ligt.

Op dit punt gekomen wordt het vinden van overeenkomsten met de klassieke koan volkomen onbelangrijk, noch deert het je dat je er niet eerder op kwam. In de beweging van het uiteindelijke komt alles op het juiste ogenblik, ook al merk je het niet op. De nieuwe oefenstof vergroot je verantwoordelijkheid om door te stoten aanmerkelijk. Je merkt dat de vóóroefeningen van adem, houding en energiecirculatie, die in de koan-fase ineen blijken te vloeien, je nu van pas komen om op ieder moment dat het resultaatgerichte doen je aandacht niet opvraagt, terug te keren tot deze koan.
Je raakt los van het door herhaling uitgesleten gedachten- en gevoelspatroon waarin je tot nu toe gevangen was.

Vraag: Hoe kwam je ertoe de uitspraken van de nieuwe fysica in verband te brengen met meditatie?
Antwoord: Wat daar gezegd wordt is nu juist wat wij op de meditatieweg nodig hebben om werkelijk oplettend te kunnen zijn. De uitspraken van de fysica zijn zo anders dan wij gewend zijn, dat ze je dwingen om je gewone ervaring te wantrouwen en van voren af aan te beginnen. Je weet dat alleen oplettendheid, zonder enig religieus of metafysisch bijmengsel, je verder kan brengen.

Vraag: Wat is het koan-karakter in die uitspraken?
Antwoord: Een koan is een uitdaging, die in je gewone leven niet voorkomt – daarom krijg je hem van buiten, in dit geval van een meester. De uitspraken van de nieuwe fysica zijn zo tegengesteld aan wat je gewone ervaringen je willen doen geloven, dat je gedwongen bent je gehele ervaringswereld te betwijfelen. Je moet opnieuw beginnen en je kunt geen gebruik maken van het denken-voelen gebaseerd op oude ervaringen.

Vraag: Je zegt dat deze fysica-koan je alle haast ontneemt. Dat begrijp ik niet.
Antwoord: De uitspraken beschrijven met een minimum aan woorden universele wetmatigheden, die tijdloos zijn – ze golden, gelden en blijven gelden, terwijl ze zo geformuleerd zijn, dat wij vanzelf oplettend blijven.
Wanneer het tot je doordringt dat ze steeds werken, ook in de tijd dat jij er niets van merkte, komt een gevoel van verwondering en ontspanning over je, die vanzelf aandachtig en ongehaast maakt.

Vraag: Heeft deze koan ook te maken met je persoonlijke lot?
Antwoord: Zodra je deze koan als richtinggevend in je leven gaat ervaren, merk je dat je persoonlijke leven, gebonden aan persoonlijke, afgescheiden ervaringen, niets van doen heeft met deze universele wetmatigheden. Het lijkt alsof je in het grote bestel iets aan het doen bent, dat die wetmatigheden niet erkent. Je gaat ervaren hoe je zelf de belemmering bent in het grote gebeuren. Dat maakt dat je je persoonlijke lot als ondergeschikt gaat ervaren.

Vraag: Heeft dat ook te maken met de leer van de wederbelichaming?
Antwoord: Er wordt gezegd, vanuit de oudheid, dat het erom gaat aan de wederbelichaming te ontsnappen. Het met de koan leven richt je aandacht op het universele, zodat de reden van het terugkomen, die voortkomt uit jouw afgescheiden manier van leven, wegvalt en daardoor wordt wat vereffend moet worden zonder weerstand afgewerkt.

Vraag: Ik zie nog niet de praktische, dagelijkse consequentie van het met de koan leven.
Antwoord: Om dat te ervaren moet je het eerst doen. Wat verandert is de richting van je aandacht: wat voor een invloed oefen je uit, hoe en wat beïnvloed je, hoeveel herhaling is er in je leven? Dat zijn heel andere aandachtspunten dan je normaal met je omdraagt – daaruit komt een ander leven voort, vanzelf, zonder je iets voor te nemen.

Vraag: Ik ben al een tijd met een traditionele koan bezig en merk dat ik er telkens van afgeleid word.
Antwoord: Dat is heel begrijpelijk, want je moet jezelf eerst de draagwijdte van die koan duidelijk maken. Wanneer die draagwijdte nog niet duidelijk is, word je gemakkelijk afgeleid. Bij de koan van de nieuwe fysica is de draagwijdte direct duidelijk, waardoor de drang om te ontdekken wat daarvan in je eigen leven speelt een blijvend gegeven wordt – hoewel er natuurlijk ook dagen zijn dat je op de oude afgescheiden manier leeft. Maar je merkt dat gauw op en gaat dan weer verder met de koan, een onweerstaanbare kracht, die je al doende vernieuwt.

Vraag: Waarom zou de koan van de nieuwe fysica geschikter voor ons zijn dan een van de koans uit de zen-traditie?
Antwoord: Ons bewustzijn van nu is het laatst door wetenschap en techniek geconditioneerd en de begrippen die daar gehanteerd worden zijn voor ons het dichtste bij. Wanneer in dat begrippenstelsel een paradoxale keer komt, is dat voor ons veel meer omverwerpend, dan de meer religieus-filosofische koans uit het verleden. De koan uit de nieuwe fysica bestrijkt je totale dagelijkse leven, daar kun je niet omheen.
Je kunt hem laten liggen, maar dat is een andere zaak.
De vroegere koans waren in de tijd dat ze ontstonden een heel directe uitdaging – voor ons nu vraagt het vaak een inlevingsreis naar vroeger toe, die de directheid eraan ontneemt.

Vraag: Wetenschap en techniek hebben bij mij afstompend en verwarrend gewerkt. Moet daar nu een omvattende koan uitkomen?
Antwoord: Of je het wilt of niet, de beïnvloeding is er van dag tot dag en zij wordt steeds sterker. Weerstand bieden door je eruit terug te trekken, als je dat al kunt, helpt niet die algemene beïnvloeding te keren. Zoals altijd (dat gold ook voor vroegere tijden) is er maar één radicale werkwijze: het volledig accepteren, de implicaties zonder weerstand tot je door laten dringen, zien hoe je er op een voor voor jou vruchtbare wijze mee kunt omgaan zodat je je bewustwordingsweg kunt vervolgen, juist op het terrein waar je je nu verzet.

Alleen zó blijf je midden in het geweld van onze tijd trouw aan de meditatie, die uiterste bewustwording waarin je ook nu nieuw en onschuldig kunt worden.


Het uiterlijke tao-zen is te beschrijven – het eigenlijke ontstaat vanzelf en blijft ontstaan als je het niet tegenhoudt.
Hetgeen beschreven wordt is een fictie en verwaait in de tijd.
Let op en het is er.

Het geeft niet waar je bent, thuis of op reis, bij jezelf of een ander – het eigenlijke is er en tracht je te vinden.

Lijden ontstaat door het reiken naar iets dat er niet is – je reikt zo sterk dat het je ontgaat dat het eigenlijke er al is.

Wat zich iedere dag herhaalt vind je ‘gewoon’, zo gewoon dat je het niet opmerkt – je ziet immers uit naar het ongewone, het verhevene. Daardoor ontgaat het je dat juist het gewone het rustige alleenzijn mogelijk maakt, de ingang tot het eigenlijke.
Sta stil en het openbaart zich.

____________________
[1] Zie bijvoorbeeld Capra ‘De tao van de Fysica’ en Zukaf ‘De dansende Woe-li meesters’.

Lees ‘Tao-zen, de weg van niet-dwang’ online via de navigatie hierboven.
Je kunt het boek ook uitprinten of als e-Book lezen.
< terug naar Online bladerboeken