Je bent het allemaal

Eefde april 1990 | Woensdagmiddag

Inleiding
[download]

Ik ben vanochtend uitgeschoten over dat zwijgen, omdat het zwijgen van basale betekenis is in je leven. Als je niet leert zwijgen – en dat is niet alleen je mond houden – kan de betekenis van alles wat je al geleerd hebt nooit tot je doordringen.

Denk even aan dat beeld van het pluisje dat aan de oppervlakte drijft in de stroom en geleidelijk aan verzinkt; een moment voordat het totaal in de stroom is en alleen maar van de stroom is, blijft de eindverhouding over tot het leven en tot jezelf.
Dat zijn geen gebeurtenissen, geen voorvallen, geen gedachten, geen gevoelens, dat is jouw eindverhouding tot de totaliteit van het leven en tot jezelf.

Wanneer je de volgende keer weer opduikt en wakker gekust wordt door de zon, in een nieuwe gang in en op de stroom, en je laat je niet door het rumoer van het leven in beslag nemen – en dat betekent zwijgen – dan kan die eindverhouding opnieuw tot je door dringen.
Ik heb het over een eindverhouding. Dus ik heb het niet meer over gebeurtenissen, niets van dat alles. Dat vergaat gewoon.

Wat betekent dat concreet in het leven?
Dat betekent concreet dat je een lichaam hebt en dat je eerbied voor dat lichaam hebt, dat je je lichaam goed verzorgt en naar je lichaam luistert. En tegelijkertijd besef je dat je niet alleen dat lichaam bent.

Dat betekent dat je gedachten hebt, hele verheven gedachten, hele oppervlakkige gedachten, hele boze gedachten. Je erkent ze allemaal. En tegelijkertijd besef je dat je niet alléén die gedachten bent.

En je hebt gevoelens, gevoelens van wanhoop, van geluk, van moed, van overwinning en van verslagenheid. Je erkent al die gevoelens. En tegelijkertijd besef je dat je dat niet alleen bent.

Je beseft tevens, op welk moment je ook bent, dat als je iets buitensluit, wat het ook mag zijn, je in gevaar bent. Als je donkere zijde buitensluit, ben je in gevaar. Als je je lichte zijde buitensluit, ben je in gevaar. Als je je onbelangrijke momenten buitensluit, ben je in gevaar. Als je je verheven momenten buitensluit, ben je in gevaar.

Je bent alleen maar heel als niets meer ontkend wordt. Tegelijkertijd besef je dat je geen van al die dingen bent.

En je bent ook nog je diepste zelf, die onbekende. Ook daar kan je je nog bewust van worden.
Velen denken dan ‘Dat is het einde.’
Maar dat is niet zo. Je bent ook al het vorige én je bent je diepste zelf. En als je één van die dingen ontkent, is je diepste zelf in gevaar.

Dus het is eigenlijk heel eenvoudig. Maar om dat te beseffen heb je veel stilte nodig, heb je veel zwijgen nodig, heb je veel dóórgaande aandacht nodig, altijd, waar en wanneer ook. Midden in de jacht van het leven, midden in het feestgedruis, midden in de schreeuw van schrik, midden in de pijn, heb je het besef nodig dat dat allemaal voorbijgaat. Dat je daarvan bent – het gaat voorbij, maar je bent ervan. Alleen de totale acceptatie stelt je in staat om de eindverhouding van de vorige periode binnen je bewustzijn te brengen, zodat je de lijn kunt vervolgen.

Wat meestal gebeurt, is dat wij inderdaad wel opnieuw beginnen, maar dat we zelden het besef van de eindverhouding in ons leven terugvinden. En dan is het geen lijn meer, dan is het geen vervolg.

Dit is een werkelijkheid die je alleen maar door gestadige aandacht kunt verwerven. Dat betekent niet dat je niet zult lachen, dat je geen plezier zult hebben, dat je jezelf niet zou vergeten. Als je je altijd maar weer herinnert waar het om gaat. Dan kun je net zoveel naar links en naar rechts, naar boven en naar beneden gaan, maar je keert altijd terug naar waar het om gaat.

Dit is de laatste oefening. En wij zijn daarvoor geroepen. Allemaal, stuk voor stuk, zijn we geroepen voor deze laatste oefening. Het is aan ons, helemaal aan ons, of het deze keer zal zijn of een volgende.


naar boven

<< Terug | Einde