Vanwaaruit ben je bezig?

Eefde december 1987 | Woensdagmiddag

Inleiding
[download]

Soms lijkt het alsof na zo’n heel intense oefening in tai chi, dat het zitten iets anders is, zitten en het luisteren en het in jezelf gaan. Wat in de tai chi zichtbaar wordt, in de houding, in de warmte, dat wordt soms in het gesprek duidelijk voelbaar door de woorden heen.
En dat betekent dat wij allemaal moeten proberen om ten eerste  de woorden van degene die wat zegt te horen. En als wij in onszelf een antwoord voelen opkomen of een vraag voelen opkomen, om dan te horen wat we zelf zeggen.

Het is dus een totaal andere geesteshouding dan het vragen en antwoorden, het gesprek, de discussie, die we gewend zijn. Het is een exploratie, een ontginning van waar je je bevindt in het gesprek. En wat de woorden in je aanraken. Dus het is een kunst – een kunst waar we, als we één moment onaandachtig zijn, het centrum vanwaaruit we zijn verliezen. 

En de enige die dat kan opmerken, ben je zelf. Je bent alleen zelf degene die kan opmerken of je een bekende formule opnieuw ten tonele brengt.
En wat ik probeer te doen in het gesprek,
 is telkens als ik voel: ja, maar dat is niet waar je op het ogenblik bent, langs de weg van woorden duidelijk te maken. Het is dus niet zo dat ik je terugwijs of dat ik je opmerkzaam maak. Als ik je al opmerkzaam maak, dan is het op vanwaaruit ben je bezig nu. Dat is waar het om gaat.

Nou weet ik wel, als we in een bepaalde houding staan en Epi gaat door de zaal heen, je hoort hem komen, dan is er die spanning van: sta ik goed… Maar daar moet je doorheen, om het jezelf te leren.
En probeer eens in het gesprek hetzelfde te voelen. Als er werkelijk iets in je is, schroom niet om er mee te komen. Correctie is geen berisping, is geen terugwijzing, het is een verwijzen. En daar heb je echt veel meer aan, dan aan een antwoord. Een antwoord voldoet alleen maar aan een bepaalde sector van jezelf. En ik weet wel, wij leven met die sector, we leven niet met datgene wat daaraan vooraf gaat. En toch zouden we eigenlijk in het gesprek dezelfde houding moeten kunnen innemen.

Laten we in die geest proberen nog een keer met elkaar in contact te komen. Dan vervalt de hele toestand leraar-leerling, dan gaat het alleen maar om het contact. Daaruit komt iets voort.
Dan zijn we dus niet meer op iets uit, zoals in het liefdesspel, maar dan is onze belangstelling is over en weer.
Oké…

naar boven

<< Terug | Einde