Het meest belangrijke in de meditatie

Nu het bestuur van de Stichting heeft besloten een nieuwe Zendag te houden op 23 juni 2001, waarbij in afwijking van vorige zendagen ook verwante boeddhistische groeperingen zijn uitgenodigd, namelijk:

– De Kanzeon Sangha Nederland met Nico Tydeman als leraar.
– Maha Karuna met Ton Lathouwers als leraar.
– Juin Roshi van de Noorderpoort.
– Eveline Beumers van de Stichting ‘Leven in aandacht’.
– Met als gastheer onze Stichting met Maarten Houtman als leraar

is het wenselijk dat op die dag waar zoveel verschillende benaderingen, niet alleen van de leraren maar ook van de leerlingen, naar voren zullen komen, voor onszelf uit te maken wat voor ieder afzonderlijk het meest belangrijk is in de meditatie. Als wij ons in het weekend daarop beraden en van elkaars standpunt vernemen, kunnen wij hopelijk een aantal als gemeenschappelijk bevonden punten vinden. Dit zal niet zo gemakkelijk zijn omdat we niet gewend zijn zo te luisteren dat het gemeenschappelijke duidelijk wordt (we vergelijken automatisch met ons standpunt). Wij kunnen er dus niet vergelijkenderwijs over discussiëren, noch naar het beste uitgangspunt zoeken.
Door eerst alle standpunten te horen en misschien daarna te zitten, kunnen we proberen het gemeenschappelijke in het gehoorde te vinden.
Dat vraagt een zelfvergeten aandacht die naar ik hoop al doende gevonden wordt. Om alle druk ‘van boven’ (mijn autoriteit) te vermijden, zal ik het grootste deel van de sessie er niet bij aanwezig zijn, behalve met het gemeenschappelijke zitten in de ochtend, de inleiding op vrijdagavond, bij de maaltijden en op elk moment dat de groep meent dat ik in de sessie van dienst kan zijn. Ik zal namelijk op mijn kamertje op 3C zitten met mijn laptop, en kan op ieder moment gestoord worden. Omschakelen naar de activiteit van de groep is voor mij gemakkelijk, zoals jullie weten.

Het mooie is dat wij zo van een ieder te weten komen wat zij of hij in de meditatie beweegt, zodat ons eigen uitgangspunt wordt verruimd.
Dat werkt in onze latere samenkomsten door. Ongezocht kunnen we door deze gelegenheid onze beweegreden helder krijgen of ontdekken dat die niet helder is, wat minstens zo belangrijk is.
Doordat we het van elkaar horen zullen we ongetwijfeld merken wat er in ons eigen uitgangspunt nog onderbelicht is. Zo gezien kan het een van onze belangrijkste sessies worden. Iets wat natuurlijk doorwerkt in ons werk met de groepen.

Ik hoop dat jullie begrijpen waar het om gaat.
Wat het bestuur van de Stichting heeft ondernomen is een waagstuk, dat door ons gesteund moet worden om het te doen slagen. Het is namelijk voor het eerst in Nederland dat deze groeperingen heel direct iets van elkaar vernemen en er hun voordeel mee kunnen doen.

Vragen hierover komen vanzelf op vrijdagavond aan bod. Hartelijke groet,

Maarten

Inleiding voor het begeleidersweekend van 20 t/m 22 oktober 2000 te Maarssen.